Wanneer u overschakelt naar de bewerkingsweergave om een foto te bewerken, kan de foto op twee manieren worden geopend: in het venster van iPhoto of in een ander programma.
Instellen hoe een foto wordt geopend in de bewerkingsweergave
Kies 'iPhoto' > 'Voorkeuren' en klik op 'Geavanceerd'.
-
Kies een optie uit het venstermenu 'Bewerk foto's':
In iPhoto: De foto wordt geopend in de bewerkingsweergave van iPhoto.
In programma: De foto wordt geopend in een ander programma dat u opgeeft, zoals Adobe Photoshop. Als u deze optie kiest, wordt de map 'Programma's' op uw computer geopend, zodat u het gewenste programma kunt selecteren. Het gekozen programma wordt dan weergegeven in het venstermenu 'Bewerk foto's'. Als u een ander programma wilt selecteren, kiest u het huidige programma in het venstermenu 'Bewerk foto's' om de map 'Programma's' te openen.
Videofragmenten die u importeert in iPhoto worden altijd geopend in QuickTime Player.